top of page
  • Foto van schrijverGert Blank

Characidae als ditherfish bij Pterophyllum houden.


Wellicht heeft men het woord dither fish wel eens voorbij zien komen op bepaalde forums of websites. Dither fish betekend in feite niets meer dan vissen die in het open ruimte zwemmen en hiermee het signaal afgeven dat er geen roofdieren aanwezig zijn. Wanneer gebruiken we dither vissen en waarom. Dither vissen zijn handig om te houden bij vissoorten die gauwer schuw gedrag vertonen en hierdoor minder op hun gemak voelen in het aquarium. Van nature zijn Pterophyllum dieren die sociaal in een grote groep/school leven, en tijdens het broedseizoen zich per koppel afzonderen. Echter kunnen cichlide soorten zoals Pterophyllum, Symphysodon etc zich nog weleens schuw opstellen in het aquarium. Dit kan komen door meerdere oorzaken, maar ook vaak wanneer men ze alleen in het aquarium houden. Doordat er geen medebewoners zijn, kunnen ze schrikken van schaduwen die langs het aquarium gaan . Hun natuurlijk gedrag kan ervoor zorgen dat ze als een groep in een hoek of ergens onder gaan schuilhouden (instinct gedrag i.v.m mogelijke rovers op de loer). Ondanks dat dit een natuurlijk gedrag is, kan het voor de houder van de vissoort irritaties opleveren of zorgen opwekken. In de natuurlijke habitat van de Pterophyllum zie je meerdere vissoorten die erg nauw samenscholen. De meest voorkomende vissoorten zijn cichliden zoals Mesonauta sp., Heros sp. en Crenicichla sp. In bepaalde gebieden kan men Symphysodon (discussen) nauw samen zien met Pterophyllum. Meestal houden de vissoorten zich op tussen en rondom hangend hout/takken en nabij vegetatie. het samen scholen van deze vissoorten is om roofdieren af te schrikken en een veilig gevoel te geven. In gebieden met meer open ruimte zullen vooral de zalmsoorten zorgen voor een indicator of er een roofdier aanwezig is. Dit soort vissen noemt men dan vooral dither vissen. Dither vissen zijn juist erg belangrijk omdat de zorgen dat een soort die gauw schuw is, meer naar voren komt en zich veiliger voelt.


Als we kijken naar dither vissen voor in de meeste aquaria waar Pterophyllum in worden gehouden, dan kom je gauw uit bij de familie Characidae (karper zalmachtigen). Deze familie aan karperzalmen kent ontzettend voor soorten. Maar niet elke karperzalm is geschikt om te houden naast Pterophyllum soorten. Kleinere karperzalmen zullen aangezien worden als voer, en dat is wat we in de aquarium niet willen hebben.

Toch zien we graag bijvissen naast Pterophyllum.


Het belangrijkste om te weten, is dat de Pterophyllum een uitschuifbare bek heeft. Hierdoor zijn kleinere en de meeste slankzalmen het minste geschikt om te houden als bijvis, simpelweg omdat ze met gemak in de bek van de Pterophyllum passen. Dit is de reden waarom er eigenlijk meestal aan geraden wordt om wat hoger gebouwd karperzalmen te kiezen. Karperzalmen zoals Hyphessobrycon of Moekhausia zijn wat hoger gebouwd, waardoor ze minder gauw worden gezien als voer.


Hyphessobrycon melanostichos



Slankzalmen zoals het geslacht Nannostomus, Copella of Pyrrhulina (de kleinere soorten) zijn lastig om te combineren met Pterophyllum. De naam slankzalm geeft al aan, dat het gaat om wat langere slankere zalmsoortjes. nu is het wel afhankelijk van welke soort Pterophyllum je houdt, en of het nog jongere exemplaren zijn of al volwassen exemplaren. Bij Pterophyllum altum moet je echt goed kijken naar de soort zalm welke je als dither vis wilt gebruiken.

Zalmen zoals Paracheirodon axelrodi zullen al vrij snel gezien worden als voer. Bij Pterophyllum scalare kan dit ook voorkomen, al ligt het dan aan de variant scalare die je hebt. Bij de Pterophyllum leopoldi is er weer iets meer mogelijk vanwege de grootte van de soort.



Paracheirodon axelrodi



Als men toch wilt gaan voor slankzalmen, dan zou men meer moeten kijken naar de wat grotere soorten binnen de familie Lebiasinidae. Pyrrhulina spilota is bijvoorbeeld een soort die wat groter wordt en prima gehouden kan worden bij de meeste scalare soorten en bij leopoldi. Copeina is ook een soort binnen de familie Lebiasinidae die wat groter wordt dan de andere soorten.


Pyrrhulina spilota









Slankzalmen zoals Nannostomus eques, of Nannostomus unifasciatus, zijn een wat meer risico om naast Pterophyllum te houden. Bij de Pterophyllum leopoldi zal het wat makkelijker gaan, dan bij de scalare. Voor de Pterophyllum altum is deze soort zalm zeker niet aan te raden.

Nannostomus zoals marginatus, trifasciatus, marilynae zijn zeker geen aanraders om erbij te houden. Dit zijn dan weer prima dither vissen voor bij dwergcichliden.






Zalmen zoals de familie Gasteropelecidae (bijlzalmen), zijn ook leuk om te houden in het aquarium. Bijlzalmen houden zich vrijwel vooral op in de bovenste waterlaag van het aquarium. Ook hierbij even goed kijken naar de grootte van de Pterophyllum, en de soort binnen de familie Gasteropelecidae. Binnen de familie heb je de drie soorten: Carnegiella, Gasteropelecus en Thoracocharax. Carnegiella is de kleinste geslacht binnen de familie. De Gasteropelecus is weer wat groter, en de Thoracharax is de grootste geslacht binnen de familie.









Carnegiella marthae









Gasteropelecus sternicla


Naast het feit dat men gaat kijken naar de formaat van de dither vis, is het ook raadzaam om geen druk zwemmende en vinbijtende soort te nemen. bepaalde karperzalm soorten staan bekend om hun actieve/drukke gedrag, en ook een aantal vanwege het feit dat ze wel eens willen gaan bijten aan de uiteinden van de verlengde vinstralen van de Pterophyllum. Dit zal inhouden dat juist je Pterophyllum zich weer meer gaat schuilen en schuw word.



Wanneer je wilt gaan kijken naar dither vis voor bij de Pterophyllum,is het handig om te kijken naar de volgende factoren.

  • Welke soort Pterophyllum heb ik

  • Het gedrag van de Pterophyllum

  • Wat voor bakmaat is er aanwezig

  • Het gedrag van de "dither vis"

  • Het formaat van de dither vis

  • waterlaag waar de dither vis zich het meest ophoudt

69 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page